Posts tonen met het label boeken. Alle posts tonen
Posts tonen met het label boeken. Alle posts tonen

zondag 11 januari 2009

The Cold Heaven


sneeuw De Pinte 005
Originally uploaded by degentsezwijger

Bij dit zonnige vriesweer moest ik aan een gedicht van William Butler Yeats denken dat we ooit nog in een cursus Engelse literatuur op de universiteit geanalyseerd hebben. Ik vind het een mooi gedicht, één van zijn betere. Ik heb het via Google gevonden als eerste hit met de trefwoorden 'Yeats', 'poetry', 'ice'. Ongelooflijk, niet?

The Cold Heaven
by William Butler Yeats (W. B. Yeats)

Suddenly I saw the cold and rook-delighting heaven
That seemed as though ice burned and was but the more ice,
And thereupon imagination and heart were driven
So wild that every casual thought of that and this
Vanished, and left but memories, that should be out of season
With the hot blood of youth, of love crossed long ago;
And I took all the blame out of all sense and reason,
Until I cried and trembled and rocked to and fro,
Riddled with light. Ah! when the ghost begins to quicken,
Confusion of the death-bed over, is it sent
Out naked on the roads, as the books say, and stricken
By the injustice of the skies for punishment?

Een heel toepasselijk gedicht bij dit weer. Heel intrigerend ook, dat einde met een vraag. De eigen gemoedsgesteldheid geprojecteerd in de natuur, een typisch romantisch kenmerk.

zondag 6 juli 2008

Het Grote Uitstel

De roman waaruit ik in vorige posts geciteerd heb, is Het Grote Uitstel van de in Gent wonende Nederlandse auteur Marc Reugebrink. Het boek won deze lente de Gouden Uil 2008, een van de meest prestigieuze Zuid-Nederlandse literaire onderscheidingen.

Het is een uitstekende roman, die een tijdsbeeld geeft van de jaren 1970 en 1980. De auteur is een jaar jonger dan ik, een generatiegenoot dus. Vandaar ook dat het boek me zo aanspreekt. Er zit zoveel in dat ik zelf meegemaakt heb. Al van in het begin van de roman: de hete zomer van 1976.

Er zijn drie delen: het eerste deel speelt zich af rond een jeugdclub op het Nederlandse platteland met de symbolische naam Che. Er heerst een hippiesfeertje. De maatschappij wordt er driftig hervormd. Ook ik herinner me discussies toen ik een studentenjob deed in dat memorabele jaar 1976. Mijn compaan was anarchist. Ik zweerde meer bij Cuba en Trotzky.

In het tweede gedeelte zitten we in volle punkperiode, begin jaren 1980. Daniël Winfried Rega, het hoofdpersonage, studeert nu aan de universiteit. Zijn companen maken komaf met de muziek uit de hippieperiode en de symfonische rock. De muziek van The Police maakt nu opgang.

Het centrale thema is een zoeken naar zingeving, naar geborgenheid ook. Een schaal, een schelp, een schoot, dat is waarnaar het hoofdpersonage op zoek is, in de maatschappij, bij zijn vrienden, bij de vrouw. Elk deel sluit af met een soort ramp: een brand of iets dergelijks.

In het derde en laatste deel werkt Rega als hulpje in een Berlijnse nachtclub. We schrijven 1989. Hij maakt er de val van de Berlijnse Muur mee en het vals gevoel van eenheid dat daarmee samenhing mee. Het is een geslaagde afsluiter, die goed in de thematiek van het boek past.

De roman is doospekt met referenties aan de actualiteit uit die jaren en ook met muzikale referenties. Vandaar: een roman met een soundtrack, die ook expliciet opgelijst werd. Achteraan het boek wordt wat uitleg gegeven bij historische personages en toestanden voor de de jeugd van vandaag, die dat alles niet zelf meegemaakt heeft.

Het verhaal is geschreven in de hij-vorm. Maar geregeld is er een zogenaamde alwetende auteur, die commentaar geeft bij het gebeuren. Hij is niet echt alwetend, want hij zaait twijfel: Zou het misschien zo gebeurd kunnen zijn? Dat is een postmodern aspect.

De roman geeft niet alleen een uitstekend tijdsbeeld van de jaren '70 en '80 - leuk voor wie het allemaal zelf meegemaakt heeft. Het is ook uitstekend geschreven. In stylistisch opzicht dan. Zie de eerdere citaten.

Een aanrader voor wie het nog niet gelezen heeft.

maandag 30 juni 2008

Val van de Berlijnse Muur

Tweede citaat uit het boek dat ik van iemand voor mijn verjaardag gekregen heb en net uit heb.
Het gaat over de val van de Berlijnse Muur in 1989. Het is het slot van deze roman:

Even waren wij wie we moesten zijn, misschien, zo leek het toch - een grijpbare verte, een wak in de tijd, de inlossing van onszelf. Even, heel even, was heel de stad de wereld.
En de wereld een schaal, een schelp, een schoot.
En wij, ja, wij waren gelukkig, die nacht, ingelukkig.
Dat denk ik toch.

Ahum, ik ben mij hier duidelijk met andersmans veren aan het tooien. Maar dat is postmodern! Er is ook nog het citaatrecht. En ik mag toch iets schrijven over een voortreffelijk boek dat ik net gelezen heb? Het heeft zijn auteur trouwens de laatste Gouden Uil opgebracht. Ik zal later een korte bespreking proberen te schrijven. Nu heb ik er geen tijd voor, want het is al te laat.

zaterdag 28 juni 2008

Nieuw: de roman met een soundttrack

Excerpt 1:

(...) en zelfs een nummer van Joan Armatrading, waarvan Van Parys de akkoorden had uitgezocht omdat Rosa het zo mooi vond. Het was een lied over een verscheurende keuze, over de een of de ander, over liefde en verlangen (begeerte), over willen maar niet kunnen en toch moeten. Over géén keus hebben, eigenlijk. En als hij het zong, toen hij het op een avond zong, zat Rosa met glanzende ogen in het schemerduister van de schoorsteen naast Rega en legde, ze legde haar hand op zijn onderarm. En Rega voelde alle haartjes op zijn lichaam prikken. Van de warmte, dacht hij, van de kou misschien.
Er was geen keus.

zaterdag 7 juni 2008

Ni d'Eve ni d'Adam


Ik heb eindelijk mijn roman van Amélie Nothomb, Ni d'Eve ni d'Adam, uit. Ik ben een trage lezer. Bovendien heb ik ondertussen nog dat boek van Boon 'gelezen' :-) Ik had ook wat moeite met het Frans. Ben het wellicht niet meer zo gewoon om Franse boeken te lezen.

Toch een goede roman! Semi-autobiografisch, naar het schijnt.

Een dochter van een Belgische diplomaat keert op drieëntwintigjarige leeftijd na jaren terug naar Japan waar ze opgegroeid is om haar Japans bij te schaven en er werk te vinden. Ze begint een verhouding met een Japanner uit de gegoede klasse. Die vraagt haar uiteindelijk ten huwelijk, maar ze vlucht terug naar België. Ze verkiest de vrijheid boven de materiële zekerheid van het huwelijk. In Brussel begint ze te schrijven. Op het einde van het boek is ze een gevierde romancière. Ze ziet haar Japanner, die intussen getrouwd is, terug op de voorstelling van haar nieuwste boek in Tokyo. Hij geeft haar de broederliike omhelzing van de samoeraï.

Het boek is niet alleen een liefdesgeschiedenis, maar ook een soort Bildungsroman. Goed geschreven bovendien en niet te langdradig, want daar heb ik een hekel aan.

Een treffend citaat uit het slot mag hier niet ontbreken:

Peu à peu, les coups de téléphone s'espacèrent jusqu'à cesser. Me fut épargné cet épisode sinistre entre tous, barbare et mensonger, qui s'appelle la rupture. Sauf en cas de crime ignoble, je ne comprends pas qu'on rompe. Dire à quelqu'un que c'est terminé, c'est laid et faux. Ce n'est jamais terminé. Même quand on ne pense plus à quelqu'un, comment douter de sa présence en soi? Un être qui a compté compte toujours.

In deze sombere, regenachtige dagen, wanneer ook anderen zich verwonderen over de vergankelijkheid van de liefde, stemt deze passage tot nadenken.

Ondertussen ben ik al begonnen aan een andere autobiografische roman in het Frans, die ik van een vriendelijke meneer cadeau gekregen heb: Une Enfance gantoise van Suzanne Lilar. Waarover later meer. Beloofd!

vrijdag 30 mei 2008

Kasteel van de Rode Ridder


Voor degenen onder ons die heimwee hebben naar hun jongensjaren (of degenen die nog in hun jongensjaren zitten, misschien zijn die er ook wel): het kasteel van de Rode Ridder wordt volgende zondag plechtig heropend.

Het gaat om het Kasteel van Horst, dat zich ergens in het Hageland, in de omgeving van Aarschot bevindt. Het kasteel dateert uit de 15de eeuw. De Rode Ridder zou er ooit langs geweest zijn. Ik weet wel niet precies om het nu om de stripversie van Willy Vandersteen of de jeugdboekenreeks van Leopold Vermeiren gaat. Volgens Wikipedia - altijd wel een nuttig instrument om bij de hand, of liever bij de muis, te hebben - gaat het bij beide auteurs om dezelfde Rode Ridder. Hoe dan ook, ik heb beide reeksen als kind verslonden.

Vorig jaar kocht het Vlaamse Gewest dit kasteel aan. Om die heropening te vieren organiseert de afdeling Groen en Bos van de Vlaamse gemeenschap volgende zondag 1 juni een wandeling op het domein, dat jarenlang voor het publiek gesloten was.

woensdag 28 mei 2008

Huisdokter


Mijn papieren van mijn arbeidsongeval waren niet in orde. Ikke maandag dus naar mijn huisarts in Gent.

Het is een jolige tiep, die huisarts. Ik heb hem een vijftal jaar geleden overgenomen van mijn ma. Het is een struise, al wat oudere man met een snor. Hij lijkt nogal op Jo De Meyere. Het is wel de man van de paardenmiddelen. Spreekt nogal vlug over opereren en zo. Antibiotica als het niet snel over is. Hij heeft mijn moeder wel goed over een depressie heen geholpen.

Je moet er vaak veel geduld oefenen in de wachtzaal. Ik had mijn voorzorgen genomen. Ik had mijn exemplaar van Louis Paul Boons Fenomenale Feminatheek mee, dat ik zaterdag eindelijk mocht afhalen in De Standaard Boekhandel (zie hier).

Er zaten al twee oudere vrouwen in de wachtzaal als ik binnenkwam. Nadien komen er nog drie nieuwe vrouwen bij. Een moeder met dochter.

Boeiende lectuur, dat boek van Boon. Wel erotisch maar helemaal niet pornografisch volgens mij. Of toch de foto's niet die gesecteerd werden voor het boek. Aanlokkelijke foto's van schaarsgeklede filmsterren en andere vrouwen in allerlei uitdagende poses, dat wel. Maar porno? What's all the fuss about? Dan is Boons roman Mieke Maaikes Obscene Jeugd wel wat anders. en Eros en de Eenzame Man, dat ik wel beter vind dan Mieke Maaike wegens meer inhoud. En op het internet ben je sowieso altijd maar enkele kliks verwijderd van soms de goorste porno.

Ook de teksten in de Feminatheek zijn goed. Er blijft toch nog heel wat pudeur rond sexualiteit hangen, ook in de literaire wereld. En het gaat in de Feminatheek niet eens om seks: het is meer een ode aan de vrouw. Sommige aspecten van de vrouw dan: de vrouw als verleidster.

Ik zat in mijn boek verdiept. Ik voelde bij momenten de blikken van de aanwezige vrouwen op mij gericht. De voorkaft laat aan de verbeelding dan ook niets te wensen over. Stichtende lectuur dat die jongen leest, moeten ze gedacht hebben. Onrustig schoof ik heen en weer over mijn stoel. Dan werd ik verlost: de dokter kwam me halen.

Nablog: ik het boek nu volledig uit. Achteraan staat de complete catalogus van de feminatheek. Die bevat blijkbaar toch een grote hoeveelheid porno in. De in het boek gepubliceerde foto's (zie de foto hierboven) zijn van de bravere soort.

maandag 5 mei 2008

Een blogpost posten...

Els heeft gelijk: ik zou beter nog eens een blogpost posten! Hoewel, Els: je moet toegeven dat er sinds 1 mei bij jou ook niet veel meer verschenen is! Is dat het socialistisch enthousiasme van de Internationale dat nog steeds nazindert? Ik heb deze namiddag op jouw blog naar een gezongen versie van dat socialistisch strijdlied geluisterd (via een link bij Animo Leuven, geloof ik). Mooi initiatief! Alleen 't was gezongen in zo'n rare taal! Russisch of zoiets. Dat was minder. De Internationale in het Gents of in het West-Vlaams, dat was pas klasse! Of toch minstens in het Antwaarps!

Wie heeft er een idee voor een blogpost voor mij? In elk geval Binnenste-buiten niet, want zij heeft me laten weten dat ze verzaakt aan de gastblog waarvoor ik haar uitgenodigd heb. Wegens gebrek aan inspiratie? Kan nauwelijks, aangezien ze op haar eigen blog zoveel schrijft. Schrik om uit de toon te vallen op een andere blog? Hoe het ook zij, die stokjes zijn altijd vrijblijvend. Ik heb zelf ook verzaakt aan het aanbod, inclusief ingebrekestelling, sterker dus nog, van Patrick om een ode aan Angèle Manteau te schrijven. Ik kende die literaire grande dame niet goed genoeg. Ik had moeten spieken. En plagiaat is zelfs voor een blog uit den boze!

Ik kan jullie medelen dat ik intussen Het Jaar van de Kreeft van Hugo Claus uitgelezen heb. Het boek heeft goede kritieken gekregen. Ik was een beetje ontgoocheld toch. Zo geweldig vind ik het ook niet. Het boek is het verslag van een liefdesaffaire. Naar het schijnt zijn eigen affaire met de Hollandse actrice Kitty Courbois, in Vlaanderen vooral bekend van haar rollen in televisieseries zoals Een Mens van Goeden Wil naar het werk van Gerard Walschap. Die relatie heeft maar iets van een jaar standgehouden: nogal wiedes: naar het boek te oordelen zat er op de duur nog weinig variatie in!

Ik ben nu bezig aan Ni d'Eve, ni d'Adam van de felbejubelde Belgisch-Franse schrijfster Amélie Nothomb. Ik ben nog maar halfweg, maar tot nu toe bevalt dit boek me veel beter dan dat van Claus. Het is wat subtieler. Zelfs al ontgaan een aantal nuances en subtiliteiten me wellicht omdat ik de roman in het Frans lees.

Zo, op deze manier heb ik alweer een blogpost bij elkaar gezeverd en ben ik weer voor een tijdje gerust!

Tot een volgende! (3x herhalen - dit is een citaat uit een of ander modern toneelstuk, maar ik ben typisch vergeten uit hetwelk!)

woensdag 23 april 2008

Stokjes

Het regent hier stokjes! Het boekenstokje dat door de blogosfeer waart is eindelijk ook bij mij terechtgekomen via Satur9's World, een blog die ik nog niet eens ken, al weet ik dat het één van de vrienden van Gentblogt is. Nog een blog dus die ik eens zal moeten leren ontdekken.

Per toeval ontdek ik dan nog dat Patrick wil dat ik een ode schrijf aan uitgeefster Angèle Manteau, die onlangs overleden is. Daar zal ik nog eens over moeten nadenken.

Nu dan het boekenstokje. Ik ben nog steeds bezig aan Het Jaar van de Kreeft van Hugo Claus. Het is meer treinlectuur. Thuis verdoe ik te veel tijd op het net om nog te kunnen lezen.

De opdracht dan.

1. Pick up the nearest book of 123 (or more) pages.
2. Open the book to page 123 and find the 5th sentence
3. Post the next 3 sentences.

Probleem: het zal niet gaan! Ik tel op die bladzijde 123 in die softcover uitgave van Het Jaar van de Kreeft in het totaal maar een viertal zinnen. Of zelfs nog niet. Ter illustratie: de tweede (volledige) zin: Toni rukte hem naar boven, sloeg haar voeten om hem heen, de zon werd lauwer, de grond deinde en toen gromde zij, een gejuich dat onderdrukt werd in haar keel, het vertrouwde, lage, lieflijke, lange, wegebbende geknor alsof een hevige pijn wegtrok.

Volstaat dit ter illustratie? Andere en betere dus. Ik bedoel: boeken met meer zinnen per bladzijde.

Ik heb hier in mijn bibliotheek nog een omnibus van Louis Paul Boon liggen. Met De Kapellekensbaan, Eros en de Eenzame Man, Wapenbroeders, Het Nieuwe Onkruid en 90 Mensen. Ooit gekocht in boekenclub ECI.

Pagina 123 dus. Vijfde zin en daarna drie volgende zinnen posten.

Dat wou hij niet geloven: ik ben nog altijd maagd, zei ze. Hij bracht haar tonelen in herinnering, waarin ze allen zat overhoop waren geweest: dat geeft niet, zei ze. Gij zijt met hem alleen op een gemeubileerde kamer geweest, zei hij.

Voilà! Enkele mooie staaltjes van de Vlaamse literatuur. Wie heeft dat boekenstokje nog niet gehad?

Ik stuur het naar enkele minder bekende blogs (die wel op mijn blogroll staan): Kreziekat, Kimmeke en Xplo.

zondag 20 april 2008

Terrasjesweer

Terrasjesweer vandaag, ook in Gent. Hier een foto van het terras van een leuk cafeetje annex antiekwinkel aan Sint-Jakobs. In de omgeving is er elke zondagmorgen een rommelmarkt. Het pleintje heet Beverhoutplein, zoals je op het straatnaambord kan lezen, als je op de foto dubbelklikt.

Toevallig zat er op het terras een plaatselijjke BG (=Bekende Gentenaar), toen ik vanmorgen deze foto nam. Het is een kunstenaar-dichter. Vooral in de tweede helft van de jaren '80 maakte hij enige naam als 'performer', een term die toen in de mode was. Echt doorgebroken is hij nooit, al heeft hij wel eens een dichtbundel gepubliceerd gekregen. Wellicht zelfs meer dan één. Maar ja: wat valt er vandaag de dag met poëzie te verdienen? Naast dichter is of was hij ook grafisch kunstenaar.

Hij is al van in het begin van de jaren '80 een bekende figuur in het Gentse uitgaansmilieu. Hij zat vooral veel in café Het Damberd op de Korenmarkt (ik ook trouwens, héhé, maar de laatste jaren veel minder). Verder had hij nogal de gewoonte om met hangende schouders en een lichtgebogen rug rond te lopen. Ik heb hem leren kennen in het jaar 1980. Hij woonde toen in het Pand ofte het Caermersklooster in het Patershol, dat toen gewelddadig ontruimd werd omdat de stad Gent beslist had het te renoveren. Alle bewoners moesten eruit, willen of niet (en de meesten wouen niet!).

Ik ben zelfs zijn naam vergeten. Zijn voornaam was Johan geloof ik. Nee, nu schiet het mij toch te binnen: Johan Joos, dat is zijn naam. Volgens Google stond hij ooit zelfs bekend als de Vlaamse punkdichter.

Op de foto zit hij achteraan aan een tafeltje te praten met iemand. Tussen de vrouw met de zonnebril en de man met baard en bril.

zaterdag 5 april 2008

De langverwachte en zeer fenomenale feminatheek

Helaas, driewerf helaas! Zaterdagmorgen trok ik naar de Standaard Boekhandel op de Kouter in Gent met mijn bon uit De Standaard van vrijdag voor een goedkoop exemplaar van Voil Lowieken zijn fenomenale feminatheek, uitgegeven in boekvorm weliswaar. En wat bleek? Uitverkocht, natuurlijk!

Ik had zo'n volkstoeloop niet verwacht voor L.P. Boon! De geilaards!

Ik kon het wel nog nabestellen, maar mag het pas vanaf 24 mei afhalen (zie bijgevoegde bon)

Je ziet het: die censuur in Antwerpen heeft weer extra publiciteit opgeleverd. En dus averechts effect geressorteerd. Zoals met Lady Chatterley's Lover van D.H. Lawrence destijds in Engeland: verbied een boek en je creëert een hype.

Ik was nochtans van plan jullie op een recensie van dat boek te vergasten, maar dat zal moeten wachten. Ongetwijfeld zullen er wel andere bloggende snoodaards zijn die al een exemplaar vastgekregen hebben.

zaterdag 22 maart 2008

Had ik het niet gedacht?


Deze namiddag ben ik in de Gentse bibliotheek aan het Zuid het rouwregister voor Hugo Claus gaan tekenen. Ik heb gesigneerd met wat ik een 'platitude' genoemd heb, een gemenplaats. Claus heeft met zijn geschrijf inderdaad de onsterfelijkheid bereikt. Bij wijze van spreken toch, of op een bepaalde manier. Monumentum are perennius, om mijn weinige Latijn te etaleren. Volgens mij sterven schrijvers niet echt zolang hun boeken gelezen worden.
Ik ben in de bibliotheek nog even gaan kijken in de boekencollectie zelf (de 'openkastcollectie', zoals dat in het bibjargon heet, als ik me niet vergis). Ik wou eventueel De Metsiers wel lezen (zie vorige post). Voor mij staat een jong meisje met een arm vol boeken. Ik merk één boek van Hugo Claus op.
Het moet wellicht het laatste geweest zijn dat er te krijgen was. Dedju! Want als ik op de boekenschappen kijk, is er bij 'Claus' enkel een lege ruimte te zien. Alle boeken uitgeleend. Bij de poëzie hetzelfde.
Naar de FNAC dan maar. Alleen Het Verdriet van België is er te krijgen, in enkele hardcover exemplaren die ze blijkbaar nog in voorraad hadden. Ik heb dat boek al. Niets aan te doen!
Terwijl ik terugloop naar waar mijn auto geparkeerd staat, kom ik op de Kouter voorbij De Standaard Boekhandel en loop toch nog eens binnen. Blijkbaar hebben ze zich daar op tijd bevoorraad, want er is een hele collectie Claus te krijgen, van de Oostakkerse Gedichten tot de belangrijkste romans (alleen De Metsiers was er niet bij - blijkbaar is dit boek vergeten of was het uitverkocht). Ik twijfel tussen De Hondsdagen en Het Jaar van de Kreeft. Ik loop buiten met het laatste. Volgens de berichten in de kranten is het een van de betere Claus-romans. Ik hoop het.

Claus mag tevreden zijn en zijn nabestaanden ook: welk groter eerbetoon kan je een schrijver brengen bij zijn overlijden dan een van zijn boeken te lezen? En blijkbaar zijn er velen die die mening delen. De Claus-verkoop zal boomen. En we mogen ons binnenkort ook aan enige publicaties over de overleden meester verwachten.

donderdag 20 maart 2008

Claus

Ik zal ook maar een berichtje over Claus posten, zoals zovele andere bloggers. Ook deze.

Ik hoorde het nieuws van het overlijden van de "Prins der Nederlandse Letteren" op de radio toen ik gisteren naar de dokter reed. Het verraste me compleet. Van die Alzheimer wist ik niets.

De laatste keer dat ik Hugo Claus zag was op de televisie naar aanleiding van de gemeenteraadsverkiezingen in Antwerpen in 2006 en het feit dat het Vlaams Belang toen die burgemeestersverkiezing verloor. Hij gaf samen met zijn vrouw commentaar op die nederlaag. Hij zag er toen al echt niet goed uit. Ik verwonderde mij er op kantoor tegenover mijn chef over dat de man nog leefde, gezien het aantal sigaretten dat hij die korte tijd op tv alleen al rookte.

De Standaard staat vandaag vol met artikels over Claus. Hoe ze dat op die korte tijd allemaal bijeengeschreven hebben? Ik heb een aantal van de artikels gelezen, niet alle.

Ik heb niet zo héél veel van Claus gelezen. Ik ga hier dus geen waardeoordeel uitspreken. Het Verdriet van België heb ik wél gelezen (hoewel Brusselmans in De Standaard beweert dat niemand dat boek uitleest). De Verwondering ook. Dat laaste boek vond ik qua stijl en vertelperspectief heel goed. De thematiek van beide romans, de collaboratie, spreekt me minder aan.

Daarnaast enkele kortere romans en verhalen, Jessica!, Het Laatste Bed, ..., niet echt grote meesterwerken.

Volgens wijlen mijn vader (1926-2000), een generatiegenoot van Claus dus én een literatuurliefhebber en -kenner, blijft De Metsiers, Claus' debuutroman, één van zijn beste werken. Aan De Hondsdagen, zijn tweede roman ben ik ooit begonnen maar heb die niet uitgelezen. Omtrent Deedee en Het Jaar van de Kreeft zouden ook wel te pruimen zijn. Leesvoer op de plank dus: geen betere schrijver dan een dode schrijver, om het met een ietwat onrespectvolle boutade uit te drukken.

Zijn bewerking van Shakespeare's Macbeth heb ik ooit gezien in het niet meer bestaande Arenatheater in Gent. Ook nog gelezen: een toneelstuk over de 'exploten' van Leopold II in Kongo.

Sommige van zijn gedichten vond ik zeer goed, vooral dan de Oostakkerse Gedichten.

Misschien is zijn grootste verdienste dat hij de Vlaamse literatuur als een van de eersten "uit de Vlaamse klei getrokken heeft" om Raymond Van het Groenewoud te citeren. Dit door zijn controversiële thematiek.

En ja, als ik er tijd voor vind zal ik morgenvroeg in Gent ook wel dat rouwregister
voor Claus gaan tekenen. Anders wel eens in de bibliotheek.

donderdag 24 januari 2008

Herman De Coninckprijs 2008

Op http://www.boek.be/ kun je nog tot vrijdagnacht stemmen voor het beste van 5 gedichten in het kader van de Herman De Coninckprijs 2008. Ik heb voor het volgende gedicht gestemd (het was eigenlijk het enige van de 5 gedichten dat me aansprak):

4 Miriam Van hee

zomereinde aan de leie

dit is wat een schilder zou zien:
de gebleekte graskant, kastanjes
en linden, het warme maar heengaande
licht van de avond en tegen de haag
op de andere oever een loper, en zijn
gedachten, hoe schilder je die
en boven het water de meeuwen
en tussen het licht- en het donkerder groen
de plecht van een jacht, het schuiven
der dingen, de richtingen

het water zelf kun je hier waar wij zitten
niet zien en ik vraag me nog af hoe je
afstanden schildert, steeds lichter misschien
tot je wit overhoudt, en hoe het verleden
toen jij daar nog liep

hoe schilder je dat je nooit weer
daar zult lopen, tegenstribbelend
aan je vaders hand

uit: ‘Buitenland’, De Bezige Bij, 2007, p. 8



Het gedicht staat trouwens vandaag in De Standaard , becommentarieerd door Yasmine. Ik vind het wel interessant dat de genomineerde gedichten becommentarieerd worden.

Toen ik het gedicht vanmorgen op de trein las, vroeg ik me af waar deze 'Zomeravond aan de Leie' juist gelocaliseerd kan worden, gezien het sterk visueel karakter van het gedicht. Ik vermoed ergens tussen Gent en Deinze. Vanaf Deinze is de Leie gekanaliseerd tot in Kortrijk, zoals ik op verschillende fietstochten (onder andere vorige zomer) gemerkt heb. Een kanaal lijkt me niet zo romantisch en geen aanleiding tot weemoed.

Ik gok op Afsnee of Drongen. Of misschien Kortrijk zelf?
Niet gevonden op het net waar Myriam Van Hee woont.

woensdag 16 januari 2008

Streuvels revisited!


~lwf0001 Kopie (2)
Originally uploaded by degentsezwijger

Ik heb hier enige tijd geleden iets geschreven over een jeugdherinnering aan de begrafenis van Stijn Streuvels. Wel, ik heb nog een oude foto gevonden van die gebeurtenis waar ik opsta, samen met wijlen mijn vader en heb hem ingescand. De foto dateert dus van het jaar 1969!

Het is de huifkar waarmee de overleden schrijver van Het Lijsternest naar de kerk en het kerkhof vervoerd werd. Het jongetje een beetje rechts van het midden ben ik! Ondertussen ben ik wel wat veranderd!
De moeite om de foto langs deze weg te bewaren!
Hoewel! Hoe duurzaam zijn die nieuwe media?

woensdag 5 juli 2006

De Begrafenis van Stijn Streuvels - deel 2

Eerst stonden we daar maar gewoon tussen een massa volk. voor de kerk. Ineens (wellicht was de Offerande net ingezet) ontstond er een gedrum zoals ik het nog nooit meegemaakt had en nadien ook niet meer beleefd heb. Van die 7.000 man stond het overgrote deel buiten (ik ken de capaciteit van de dorpskerk van Ingooigem niet) en die wouen ineens allemaal naar binnen. Ik werd werkelijk gedurende enige tijd in een mensenmassa geperst en naar voren gestuwd. Mijn vader was bij me en hield me vast. Toch raakte ik in paniek. Ik dacht werkelijk dat mijn laatste uur geslagen had. Ik schreeuwde het uit en duwde wild om me heen. Het leverde me een boze blik op van iemand die naast me stond. Mijn vader trachtte me te kalmeren.

Toen kwam er een einde aan die penibele situatie. Ineens konden we de kerk binnentreden. Hier heerste orde en waardigheid. Ik herinner me de kist van de overleden schrijver, die met bijna miltair respect bejegend werd, de mensen vooraan in de kerk, de file rouwenden die aanschoof voor een beeldje, mijn eigen grote opluchting dat ik het gehaald had...

Naar het schijnt waren er rouwprentjes tekort. Niet alle aanwezigen hadden er een kunnen bemachtigen. Vandaar het vreselijk gedrum. Er waren misnoegden. Mijn vader en ik hadden er elk eentje.

Na de dienst keken we nog even naar de prominenten die aanwezig waren. Er reden chique autos weg, sommige met chauffeur. Mijn vader noemde enkele namen. Ik herinner me die van Hendrik Fayat, toenmalig minister.

Terug aan zee in Middelkerke deed mijn vader het verhaal aan de hospita van onze ouderwetse villa aan de dijk (die nu vervangen is door hoogbouw). Het was een bejaarde dame, die met haar dochter van middelbare leeftijd in de villa woonde en hem gedeeltelijk verhuurde in de zomer. Beiden waren ook bewonderaars van Streuvels. De oma vertelde dat ze ook graag zo'n rouwprentje gehad had. Ik gaf haar het mijne, blij iemand ermee gelukkig te kunnen maken. Waarom moest ik dat? Mijn vader had er toch eentje?



Achteraf kreeg ik niet echt een standje van mijn vader, maar hij begreep toch niet dat ik dat zomaar weggegeven had. Ik kende op die leeftijd niet het belang van dergelijke dingen. Bovendien: als ik het kaartje gehouden had, was ik het nu waarschijnlijk toch al lang kwijtgeweest, verdwenen tussen de plooien van een woelig leven. En ik heb immers dat van mijn vader?

Ik was van plan het te verkopen, zoals ik andere dingen weggedaan of verkocht heb vanwege plaatsgebrek. Maar bij nader inzicht zal ik het toch maar houden. Het rouwprentje is te mooi om weg te doen voor enkele luttele euro's en ik heb er persoonlijke herinneringen aan. Per slot heb ik de uitvaart van Streuvels zelf meegemaakt.

dinsdag 4 juli 2006

De begrafenis van Stijn Streuvels

Half augustus 1969. Terwijl we met ons gezin aan zee vertoefden was Stijn Streuvels, op dat ogenblik Vlaanderens grootste romancier, overleden in de gezegende leeftijd van 97 jaar.

Op een ochtend nam mijn vader me mee naar Ingooigem voor de begrafenis. Ik was net tien.
Een massa volk daar. Het dorp werd zowat overrompeld.

Mijn vader troonde me eerst mee naar het Lijsternest, de legendarische woonplaats van de overleden schrijver. In een biografie van Streuvels (Dag Streuvels, ik ken den weg alleen van Hedwig Speliers uit 1994) lees ik dat er 7.000 man aanwezig was op de uitvaartplechtigheid. De schrijver werd met een huifkar van Het Lijsternest naar de dorpskerk vervoerd. Die huifkar was een modetrend, die in 1968 gelanceerd werd bij de uitvaart van Karel-Romaan Berquin, hoofdman van de heemkundige kring Bachten de Kupe. De volgende dag stond de foto van de huifkar op de voorpagina van De Standaard. Ik heb dat vergeelde krantennummer, dat mijn vader altijd bewaard had, onlangs weggegooid. - Wat voor zin heeft het dat alles te bewaren? Mijn vader hield wat te veel papier bij, te veel in elk geval om mee te verhuizen.

Dan naar de kerk. We konden niet binnen. Een massa volk had zich verzameld op het plein voor de kerk. Mijn herinnering wordt hier minder nauwkeurig. Er stonden in die tijd nog geen televisieschermen opgesteld buiten, maar vermoedelijk wel luidsprekers, zodat degenen buiten de kerk de dienst toch een beetje konden volgen.

Toen begon zich een voor mij traumatische jeugdervaring te ontwikkelen.
(vervolgt)

donderdag 20 april 2006

Henri Barbusse

Zoekactie gedaan via Google over een mij onbekende Franse auteur die veelvuldig voorkomt in de voorvaderlijke bibliotheek.

Henri Barbusse (1873-1935). Franse realistische schrijver. Nam als oorlogsvrijwilliger deel aan de Eerste Wereldoorlog, ondaks de humaitaire en pacifistische inslag van zijn vroeg werk Suppliants (1903), l'Enfer (1908), Nous Autres (1914).
Internationale doorbraak met Le Feu (1916) over zijn ervaringen in de loopgraven.
Na de oorlog kwam hij op voor alle verdrukten en richtte de groep Clarté op (Clarté, 1920)
Trad in 1923 toe tot de communistische partij van Frankrijk.

Blijkbaar nu een beetje vergeten, want ik had nog nooit van deze schrijver gehoord, ondanks mijn literatuurstudies.

De Eerste Wereldoorlog interesseert me uitermate. Le Feu heb ik al in de kelder gegooid, omdat de cover van de paperback eraf is. Ik zal het maar eens opduikelen. L'Enfer heb ik te koop aangeboden op het net. We hebben nog oude romans van deze schrijver.

Zo gaat dat als je een bibliotheek opruimt. Op de duur begin je je aan sommige van die boeken te interesseren. Zo heb ik, vanwege diezelfde interesse voor de Eerste Wereldoorlog, al spijt dat ik Namen 1914 van Ernest Claes aan De Slegte verkocht heb voor 2 euro. Ik heb dat boek ooit gelezen, maar meer dan dertig jaar geleden. Ik had het niet zo voor Ernest Claes. Ik beschouwde hem als een beetje een folkloristische schrijver op basis van De Witte, Wij Heren van Zichem, e.d.

Ik heb recent Kerstnacht in de Gevangenis (geschreven onder het pseudoniem G. Van Hasselt) gelezen van Ernest Claes en ben nu bezig aan Cel 269. Beide boeken handelen over zijn ervaringen tijdens de Repressie na de Tweede Wereldoorlog. Ik ben er aangenaam door verrast. Het verschil in toon tuseen beide werken is wel heel opvallend. Kerstnacht in de Gevangenis is geschreven op het moment zelf dat Claes in de gevangenis van Sint-Gillis (Brussel) zat (eind 1944), Cel 269 jaren later (1951). Het tweede boek is soms nogal sarcastisch, het eerste is eerder droevig. Zelfmedelijden tegenover ironie.

Beide boeken doe ik niet weg. Iemand van de familie moet de literaire weerslag bijhouden van die ervaringen die o.a. ook mijn grootvader meegemaakt heeft. Ik heb ook Face au Mur van Filip De Pillecijn over hetzelfde onderwerp. Ik ben er al aan begonnen , maar heb het nog niet uitgelezen.

Bijna was ik Namen 1914 terug gaan kopen in De Slegte (ze vragen er 5 euro voor heb ik gemerkt). Ik heb me kunnen bedwingen. Dat zou al te gek zijn. Ik herlees het boek ooit wel eens uit de bibliotheek.

vrijdag 14 april 2006

Vlaamse literatuur

Ongelooflijk wat je allemaal op het net kan vinden, als je een beetje zoekt.
Volgende link komt me momenteel goed van pas: Louis' thuispagina.
Iemand die geobsedeerd is door Vlaamse schrijvers uit het verleden.
Handig als overzicht en om het een en ander in op te zoeken. Ik zou er zelfs een permanente link van kunnen maken.

Ondertussen begint het hier wel meer op een boekenblog te lijken. Misschien moet ik de mensen ontgoochelen die al naar mijn blog gelinkt hebben en op zoek zijn naar fietsnieuws.
Ik heb me op deze blog nooit op één centraal thema willen vastpinnen. Ik schrijf gewoon over waar ik mee bezig ben en ben van plan dat ook zo te houden. In de zomer wellicht meer fietsnieuws.

zondag 9 april 2006

Peters boekenhoekje

Een leuk plekje gevonden op het net waar je interessante tweedehandsboeken kan kopen in Gent: Peters boekenhoekje.